Please select a page for the Contact Slideout in Theme Options > Header Options

Uitspraak: schending mededelingsplicht bij AOV

22 november 2021

Uitspraak: schending mededelingsplicht bij AOV

Veel geschillen over arbeidsongeschiktheidsverzekeringen gaan over de vraag of de gezondheidsverklaring bij het afsluiten van de verzekering wel op de juiste wijze door de verzekerde is ingevuld (de mededelingsplicht).

Dat heel verschillend kan worden gedacht over de informatie op die gezondheidsverklaring moet worden gemeld, blijkt ook maar weer uit deze uitspraak.

Verzekerde was bekend met ADHD en hij wist dat dit bij hem gedragsproblemen veroorzaakte, angsten en problemen met agressieregulatie.

In 2011 heeft hij bij het afsluiten van een arbeidsongeschiktheidsverzekering op de gezondheidsverklaring alle gezondheidsvragen met “nee” beantwoord, waaronder de vraag naar:

“j. aandoeningen of klachten van psychische aard zoals depressie, overspannenheid, overwerktheid, slapeloosheid of burn-out?”

Was dat terecht?

Deze vraag is eerst voorgelegd aan het Kifid. Het oordeel: de verzekerde heeft de mededelingsplicht niet geschonden:

“De Commissie merkt op dat gedragsproblemen, angst en problemen met agressieregulatie (…) doorgaans worden gezien als psychische klachten. Daarbij maakt het niet uit of deze klachten worden veroorzaakt door ADHD of iets anders. Dat neemt niet weg dat het alleszins denkbaar is dat Consument zijn ADHD niet als een psychische aandoening heeft geduid maar als een gedragsprobleem of een opvoedkundig probleem. Het is dus de vraag of Consument zich ervan bewust is geweest dat hij psychische klachten heeft gehad. Of Consument, van wie in de medische stukken gesteld wordt dat bij psychiatrisch onderzoek het simplistische, concretistische denken is opgevallen, dit had behoren te weten is de volgende vraag. Het is aan Verzekeraar (…) om hiervan het bewijs te leveren. De Commissie is van oordeel dat Verzekeraar in dit bewijs niet is geslaagd.”

De verzekeraar heeft het (niet bindende) advies van het Kifid naast zich neergelegd en de zaak voorgelegd aan de rechtbank. Die oordeelt dat de verzekerde de angsten wél had moeten melden:

“ook indien [gedaagde] zijn ADHD heeft geduid als een gedragsprobleem, hetgeen niet ondenkbaar is, neemt dit niet weg dat hij behoorde te begrijpen dat in ieder geval zijn angstklachten als psychische klachten hebben te gelden. Dat bij [gedaagde] sprake is van simplistisch, ‘concretisch’ denken is (…) op zichzelf onvoldoende om tot de conclusie te komen dat hij niet kon begrijpen dat angsten als psychische klachten worden beschouwd.”
Ik ben benieuwd waar een eventueel hoger beroep op uitkomt…

http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBROT:2021:7997